Welke kennis en vaardigheden moeten leerlingen in het primair en het voortgezet onderwijs leren opdat ze gewapend zijn voor de toekomst?[1] In november 2014 legde staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sander Dekker, deze vraag voor aan heel Nederland in de vorm van een nationale brainstormsessie. Nederland werd opgeroepen om mee te denken over het onderwijs van de toekomst en dit kenbaar te maken door te tweeten onder #Onderwijs2032. In februari 2015 richtte Dekker het platform Onderwijs2032 op dat zich ook bezig moet gaan houden met deze vraag. Naar aanleiding van de vele reacties van de Nederlandse bevolking is het Platform aan de slag gegaan en presenteerde het op 1 oktober 2015 de hoofdlijnen voor het kabinetsadvies.

 

In dit advies wordt onder andere gepleit voor meer aandacht voor het aanleren van de Engelse taal; kinderen zouden al vanaf groep 1 les moeten krijgen in het Engels. Deze trend is reeds ingezet: meer dan duizend basisscholen onderwijzen de kleuters in een vreemde taal en het aantal basisscholen dat Engels geeft aan kleuters is de afgelopen vijf jaar ruim verdubbeld.[2] Toch is er omtrent dit punt veel te doen geweest sinds de publicatie van het advies. Er wordt zowel lof gezongen als kritiek geuit; sommigen stellen dat je niet vroeg genoeg kunt beginnen, terwijl anderen kritische kanttekeningen plaatsen. En terecht.

 

In de middeleeuwen werden kinderen als volwassenen in een kleiner lichaam beschouwd. We lijken weer deze richting op te gaan.

Ten eerste rijst de vraag waarom er zo stellig voor Engels als tweede taal wordt gekozen. Paul Schnabel, de voorzitter van het Platform, stelt dat Engels de belangrijkste vreemde taal is.[3] Maar is dit daadwerkelijk zo en is dit voor iedereen het geval? In grensgebieden zoals de Achterhoek gaan bijvoorbeeld stemmen op voor Duits als tweede taal. Daar wordt vanaf volgend schooljaar op 20 basisscholen Duits gegeven.[4] Meerdere wetenschappers, waaronder Jaap Dronkers, onderwijssocioloog aan de Universiteit van Maastricht, menen dat deze kinderen daar veel meer baat bij hebben dan bij het krijgen van Engelse les. Zo lag de werkloosheid in Oost-Groningen vorig jaar op ongeveer 15%, terwijl dit percentage over de grens in de Duitse deelstaat slechts de helft was.[5] Daarnaast is Duitsland nog steeds één van de belangrijkste handelspartners van Nederland en wordt er in het bedrijfsleven maar al te vaak opgelopen tegen de erbarmelijke beheersing van de Duitse taal; de economische schade zou miljarden euro’s bedragen.[6] Indien de invulling van het advies zich daadwerkelijk zou baseren op de benodigde vaardigheden op de arbeidsmarkt in 2032, lijkt het Duits dus een noemenswaardige extra optie.

 

Ten tweede, horen kinderen niet lekker te spelen in de kleuterklas? Horen ze niet vooral de algemene principes van het onderwijs en sociale vaardigheden te leren? In de middeleeuwen werden kinderen als volwassenen in een kleiner lichaam beschouwd. We lijken weer deze richting op te gaan. De inspectie stelt steeds hogere eisen aan de lessen in de kleuterklas. In 2013 diende de Werk- en Steungroep Kleuteronderwijs al een petitie tegen deze ontwikkeling in bij de Kamercommissie van Onderwijs. Dat er een groot draagvlak zal komen voor weer maar een nieuwe eis aan het kleuteronderwijs – het moeten geven van Engels – is dus niet erg waarschijnlijk. Michel Rog, Tweede Kamerlid namens de CDA, pleitte eveneens voor meer consideratie voor de ontwikkelingsfases van kinderen.[7] Wanneer het onderwijs niet goed aansluit op de leeftijd en de daarbij horende kenmerken, komt het plezier van de leerlingen in gevaar. Aansluiting met de ontwikkelingsfase leidt namelijk tot meer intrinsieke motivatie, welke leidt tot betere prestaties.[8] In 2012 gaf 40% van de ondervraagde achtstegroepers aan Engels een leuk vak te vinden. Onder de kinderen uit groep 8 die reeds vanaf groep 1 Engels hadden gekregen lag dit aantal opvallend lager. Van deze groep gaf slechts 29% aan Engels leuk te vinden.[9]

 

Horen kinderen niet lekker te spelen in de kleuterklas?

Echter, niet alle argumenten tegen het vroeg starten met Engelse les kloppen. Zo meent tegenstander Ad Verbrugge, voorzitter van Beter Onderwijs, ten onrechte dat het vroeg leren van een tweede taal ten koste gaat van het leren van correct Nederlands. Deze uitspraak vraagt niet enkel om wetenschappelijke onderbouwing, ze kan zelfs weerlegd worden. Zo concludeerden Goorhuis en De Bot in hun onderzoek dat de Nederlandse taalvaardigheid van de meeste kleuters constant bleef wanneer zij in contact kwamen met Engels.[10]

 

Het geven van Engels aan kleuters vormt dus geen bedreiging voor hun Nederlandse taalontwikkeling. Er zijn echter andere belangrijke nadelen aan het advies verbonden die wel een rol spelen: het plezier dat de leerlingen in het vak Engels beleven, loopt gevaar, het verhoogt de druk op de leraren voor de kleutergroep, het doet het principe van de ontwikkelingsfases tekort en bovendien zou de keuze voor de Engelse taal niet zo vanzelfsprekend mogen zijn. Voordat er grote uitspraken kunnen gedaan worden en definitieve veranderingen in het onderwijs kunnen doorgevoerd worden, dienen de risico’s en onzekerheden van het advies zorgvuldig onderzocht te worden. Laat ons bezinnen eer we beginnen.

 

Redactie: Marleen Kristen en Judith Alkema

 

referenties

 

[1] Platform Onderwijs2032 (2015, 1 oktober). Hoofdlijn advies: een voorstel.

[2] Eerste Kamer der Staten-Generaal (2015, 22 september). Vergadering nummer 1: Onderwijs in Engelse, Duitse of Franse taal.

[3] Roerdink, Y. 2015, 1 oktober). ‘Engels voor kleuters? Leer eerst de docenten goed Engels’. NOS.

[4] De Gelderlander (2016, 11 maart). Op meer scholen in grensstreek Duitse les. Verkregen van http://www.gelderlander.nl/regio/achterhoek/winterswijk/op-meer-scholen-in-grensstreek-duitse-les-1.5811766

[5] Tweede Kamer der Staten-Generaal (2015, 24 maart). Vergadering nummer 66: Onderwijs in Engelse, Duitse of Franse taal.

[6] Verkuil, D.  (2015, 21 maart). Hoge prijs voor gebrekkig Duits. NOS

[7] Cats, R. (2015, 15 oktober). Tweede Kamer aarzelt sterk over Engels en computerles voor kleuters. Het Financieele Dagblad.

[8] Lin, Y. G., McKeachie, W. J., & Kim, Y. C. (2001). College student intrinsic and/or extrinsic motivation and learning. Learning and Individual Differences,13(3), 251-258.

[9] Didactief. (2014, 14 januari). Meer Engels op de basisschool. Verkregen van http://www.didactiefonline.nl/component/content/article?id=11775

[10] Goorhuis-Brouwer, S., Bot, C.L.J. de. (2005). Heeft vroeg vreemde-talenonderwijs een negatief effect op de Nederlandse taalontwikkeling van kinderen?  Levende Talen Tijdschrift, 6( 3), 3-7.

Jade van Rossen

Jade van Rossen is 20 jaar en derdejaars studente onderwijswetenschappen. Ze is geinteresseerd in alles wat met onderwijs te maken heeft en houdt erg van schrijven. Afgelopen jaar heeft ze de minor bestuurs- en organisatiewetenschappen gevolgd en momenteel volgt ze een minor pedagogische wetenschappen. Ze beschouwt het als een uitdaging om deze twee relatief uiteenlopende kennisdomeinen met elkaar te verbinden. Dit artikel schreef zij voor het vak Bestuur en Beleid.